Breiclub interview met Lars Rains:
Ineens was daar een boek: Modern Lopi. Het werd bijna gelijk een bestseller en nu wordt er met smart gewacht op de Nederlandse vertaling. De hype is zó groot, dat ik besloot contact te leggen met de ontwerper van alle prachtige patronen: Lars Rains.
Lopi is de naam van wol, die is gemaakt van de vacht van IJslandse schapen. Het bestaat uit twee verschillende lagen, elk gemaakt van een ander deel van de schapenvacht: de lange bovenlaag en de korte onderlaag.
In 1920 werd de wol voor het eerst gebruikt om mee te breien, waarna er nieuwe truien en patronen in het straatbeeld verschenen: de Lopapeysa.
Lars Reins vond echter de gangbare patronen niet kleurrijk genoeg, en besloot zelf patronen te ontwerpen met veel kleur.
Breiclub interview
Lars Reins (46) woont in Long Island met zijn man Monte en zijn twee honden: Hank en Clifford. In het weekend of tijdens vakanties is hij vaak in zijn vakantiehuisje in de bergen van Catskill. Zijn gehele vrije tijd wordt in beslag genomen door het breien – hij heeft geen tijd voor andere hobbies.
Het zal jullie misschien verbazen, maar voor Lars zich volledig op het breien en het ontwerpen van patronen kon richten, werkte hij als politieagent in New York.
De keuze was toevallig: “Ik studeerde muziektheorie aan de universiteit van New York toen ik in geldnood kwam. De politie zocht mensen en zo belandde ik in het welbekende blauwe uniform.
Ik werkte zeven jaar als agent toen ik me realiseerde dat ik liever jongeren hielp vóórdat zij in de gevangenis kwamen, dan erna. Ik ben toen wiskunde gaan doceren op een grote middelbare school in Queens, New York. Het was toen, dat ik me begon te realiseren dat ik mijn patronen wilde vastleggen op papier en ontwerper wilde worden”.
Want Lars breide al van jongs af aan. Als jonge student met een studenteninkomen dacht hij dat het goedkoper zou zijn om zijn eigen truien te breien, dan ze te kopen. “Ik nam lessen bij een breiwinkel, maar ik kwam er al gauw achter dat ik een dure smaak had als het op garen aan kwam”.
Niet gek, als je bedenkt dat hij afkomstig was uit een Canadees gezin met wortels in Noorwegen en IJsland. Breien werd volop gedaan in zijn familie en het is altijd iets geweest dat hij zou willen leren. Onnodig te zeggen dat dit hem prima gelukt is!
“Omdat ik in Canada ben opgegroeid, had ik altijd warme truien nodig. De keuze deze zelf te breien, was dan ook logisch. Lopi breien heb ik als eerste geleerd en het is altijd mijn meest favoriete manier van breien gebleven, niet in de laatste plaats omdat ik zo gecharmeerd was en ben van de vele mogelijke kleurencombinaties”.
Al gauw stapte Lars over van de standaard patroonboeken en begon zijn eigen truien te ontwerpen. “Het is echter nooit mijn bedoeling geweest om deze patronen daadwerkelijk te publiceren. Omdat ik echter de oudere patronen te traditioneel en niet kleurrijk genoeg vond, besloot ik mijn eigen boek te publiceren: Modern Lopi: One”.
“Een van de vroegste ontwerpen in het boek is “Clapping Music”. Het is een bewerking van een muziekarrangement geinspireerd op breinaalden en wol, een compositie van Steve Reich.
Het is een ritmische, minimalistische compositie die ik heb omgezet in een breipatroon. Omdat ik zo lang twintigste-eeuws muziek heb bestudeerd, kan het ook bijna niet anders dan dat ik door muziek beinvloed wordt in mijn ontwerpen. Mijn hersenen organiseren structuren en patronen op een natuurlijke manier, denk ik”.
Een project gebaseerd op Louis Andriessens “De Tijd” is nog altijd een droomproject voor Lars.
Alle patronen hebben IJslandse namen van mensen en plaatsen. “Ik wilde zowel IJslandse als Engelse namen voor de patronen in mijn boek, maar uiteindelijk ben ik alleen voor IJslandse namen gegaan.
Ik heb een reis naar IJsland gemaakt in de zomer van 2012 en de schoonheid van het landschap daar heeft me veel inspiratie gegeven voor een groot deel van de ontwerpen in mijn boek. Door ze namen te geven van de plaatsen waar ik destijds geweest ben, kan ik naar mijn ontwerpen kijken en ervaringen herbeleven”.
Het patroon dat het meest voor hem betekent, is de Monsina.
Lars: “Dit is het laatste patroon in het boek. Het is vernoemd naar mijn moeder en verbeeldt een moeilijke tijd in mijn leven”.
Het patroon Rúntur (rondtoer) is de beste weerspiegeling van Lars’ gevoel voor humor. “Het verhaal achter dit ontwerp is dat je start met breien aan het begin van een kroegentocht in Reykjavík en tegen de tijd dat je de mouwen samenbreit met het voor- en achterpand, ben je dronken.
Het gevolg: de bovenkant van de trui wordt binnenstebuiten aan de mouwen bevestigd, zodat je de overgangen aan de buitenkant kunt zien. “
“Dit idee heb ik ook verwerkt in mijn patroon Antipodal voor het tijdschrift Knitty. Ik wil dat mensen heroverwegen wat mogelijk is in het breien, dat ze niet alle tradities zo serieus nemen. Breien moet leuk zijn!”.
In de VogueKnitting van Winter 2015/2016 kwam de kroon op zijn werk: de publicatie van zijn Bohus col. “Ik weet niet zeker of ik deze prestatie snel kan evenaren. Het is iets dat ik altijd wilde, omdat in mijn opinie VogueKnitting hét breiblad is. De redacteur van het blad, Trisha Malcolm, is een geweldige mentor voor mij geweest. Zij is degene die me aangemoedigd heeft serieus aan de slag te gaan met ontwerpen en voorstellen naar hen te sturen. Nu moet ik nieuwe doelen stellen en zelfs harder werken om me te blijven ontwikkelen en een nog betere ontwerper te worden”.
Lars heeft nog volop plannen voor de toekomst. Zo wil hij graag nieuwe patronen blijven uitgeven en zijn vaardigheden verder ontwikkelen.
“Momenteel ben ik bezig met de afronding van mijn volgende boek, welke een collectie van accessoirepatronen gemaakt met Madelintosh’ bulky A.S.A.P. garen zal zijn. Uiteindelijk wil ik les geven op alle verschillende breiconventies en evenementen ter wereld. Voor nu ben ik echter bezig met het verbeteren van mijn technieken en leg ik het fundament voor mijn eigen bedrijf, zodat ik fulltime kan ontwerpen en les kan geven. Het heeft alleen tijd nodig”.
Lars kijkt uit naar de zomer, wanneer hij aan de slag kan in zijn vakantiehuisje in de Catskills.
“Dan kan ik werken aan nieuwe IJslandse trui-ontwerpen voor Modern Lopi: Two, en andere projecten voor verschillende garenproducenten in Noord-Amerika en IJsland afronden. Breien is zo’n geweldige hobby; er is altijd weer iets nieuws te leren”.
Voorlopig zijn we dus nog niet van Lars Rains af. En gelukkig maar, want ik ben benieuwd welk geweldig werk we nog meer van hem te zien gaan krijgen!
Lie
op 24 Apr 2016Marie-José Moonen
op 24 Apr 2016Marianne
op 24 Apr 2016