Als je een “Breimeisje” bent, krijg je wel eens de vraag of je ook kan balken breien. Natuurlijk, ik kan heus wel, zoals in de conference van Paul van Vliet, op een balk gaan zitten breien (“Jaaaa, dat zijn leuke dingen voor de mensen!”) maar de echte balkenbrij is aan mij niet besteed, dát heeft ook helemaal niks met breien te maken.
Toen ik vroeger leerde breien, het zal rond 1970 geweest zijn, gebeurde dat op van die lange metalen breinaalden. Ik weet ook nog precies hoe mijn eerste breiwerk eruit zag, maar ik heb het niet meer. Het was een onooglijk geval, het stelde een speldenkussen voor. Ik denk dat we 20 steken op de naald kregen en we moesten een heleboel toeren recht breien. Ik kreeg de kleur gebroken wit toebedeeld. Uiteindelijk mocht je overgaan op een andere kleur en ik kreeg toen een groene kleur, denk aan snert. Alles werd dan opgerold en het groene deel vormde de buitenkant. Die kleuren vond ik zelf echt niet mooi!
Het heeft me er gelukkig niet van weerhouden verder te gaan met breien. Ik ging een paar jaartjes later al lekker experimenteren, o.a. rondbreien met 4 naalden. Van die lange, ja, die je onder je oksel klemde. Het breiwerk op 3 naalden en breien met de vierde. Dit rokje breide ik toen voor mijn barbiepop.
Heel lang bleef het zo, dat ik die lange breinaalden gebruikte en rondbreide met 4 naalden. Daar kwam pas verandering in door de kerstballen van Arne & Carlos, want zij gingen uit van 5 naalden. En met korte breinaaldjes.
Het was beslist even wennen, maar inmiddels vind ik het zelfs heel handig. Soms heb ik niet eens genoeg aan 5 en brei ik zelfs wel eens met 7 breinaalden tegelijk:
Het eindresultaat van dit poppentruitje kun je hier zien.
Tegenwoordig werk ik ook vaak met van die flexibele rondbreinaalden. Daar hoef je niet op rond te breien, gewoon heen en weer kan ook. Het is erg handig bij grote aantallen steken. Zo heb ik de Zeeuwse meebreideken in één keer gebreid met bijna 300 steken. Dat was op een extra lange rondbreinaald.
Meer over dit breiproject kun je hier lezen.
Rondbreien op rondbreinaalden is niet helemaal mijn ding. Als ik dat doe, dan gebruik ik twee van die naalden:
Een keer heb ik een bijzonder breiwerk gemaakt op een rondbreinaald: een Möbiussjaal. Je breit dan eigenlijk een soort van oneindige toer.
Tijdens het breien kun je helemaal niet zien hoe het eindresultaat eruit gaat zien. Ben je benieuwd hoe het werd? Kijk dan hier.
Een paar jaar geleden wilde een nichtje van me graag leren breien, ze was toen 11. Ze had van mijn moeder al wat breiles gehad en dat ging prima. Ze was helemaal klaar voor een echt project en dat zou een kussen worden. Met dik garen en dikke breinaalden. Alleen het opzetten was nog een probleem, dus toen ik bij hen kwam zou ik daarmee helpen. Ik vroeg haar waar de breispullen waren. Haar antwoord: “O ja, de breistokken! Die zal ik even halen!” Haha! Al lijken breinaalden nummer 10 wel een beetje op stokken:
Breinaalden of noem jij ze breipennen, daarmee kun je garens veranderen in sokken, sjaals, kerstballen, knuffels en zoveel meer! Het zijn bijna een soort van toverstokken 🌝
Waar brei jij het liefste mee? En wat vind je het leukst om te breien?
Deze blog is met veel plezier geschreven door
Akkelien
Liefs van De Breimeisjes!
Blog: debreimeisjes.blogspot.nl
Facebook: @debreimeisjes
Instagram: @debreimeisjes
Andrina
op 03 Jun 2018De Breimeisjes
op 12 Jun 2018