Ik heb al verschillende keren de vraag gekregen, hoeveel garen heb je nodig als je iets gaat haken zonder patroon. Ik wil met jullie delen hoe ik dat uitreken.
Je kunt het natuurlijk inschatten maar dan heb je de kans om veel te veel bollen te hebben die je dan weer terug moet brengen. (Wat er bij mij nooit van komt). Of je hebt te weinig en ze hebben in de winkel hetzelfde kleurnummer niet meer.
Kies eerst het garen dat je wilt gaan gebruiken en neem 1 bol mee voor je proeflapje.
Ik heb een vierkante poef die ik wil gaan bekleden met 6 vlakken.
Zoals jullie zien heb ik gekruiste reliefstokjes gebruikt. Dit zal ik ook uitleggen voor degene die dat een leuke steek vinden.
Ik ga 4 verschillende kleuren gebruiken maar je kunt natuurlijk ook 1 kleur gebruiken.
Het eerste wat ik doe is op de banderol kijken.
Zoals je ziet is dit garen voor naald 4/5 en is een vierkantje van 10×10 18 losse bij 28 toeren.
Dit geldt als je met naald 4 en vaste haakt.
Ik wil echter met haaknaald 5 en met stokjes en reliefstokjes gaan haken.
Mijn blok wordt 40×40
Ik begin met een proef vierkantje van 10 bij 10.
Meten is weten
Mijn losseketting is bij 15 losse precies 10 cm. Dat wil dus zeggen dat ik met haaknaald 5 minder losse nodig heb. In dit geval 3. Je kunt daar een berekening van maken maar dat gaat wel heel ver. Je kunt het gewoon meten.
Ik moet een losse ketting hebben van 40 cm en dat is dus 60l.
Voor de hoogte ga ik stokjes haken.
Ik heb 8 rijen stokjes nodig voor 10 cm. Je ziet dat dit heel veel scheelt met wat op de banderol staat.
1 rij stokjes is ongeveer 3,5 keer zo hoog als vaste.
3,5 x 8 = 28
Zou je halve stokjes haken dan is de hoogte minimaal 2 keer een vaste.
Dat zou dan neerkomen op 14 toeren.
Als je haaknaald 4 gebruikt zal dit iets meer zijn.
Mijn proef vierkantje is dus 15l bij 8 toeren. 10×10 cm.
Aangezien mijn grote vierkant 40 x 40 wordt heb ik 16 vierkantjes nodig.
Nu ga je het proef vierkantje wegen.
Mijn vierkantje weegt 7 gram. Ik heb dus voor een vlak 16 x 7 gram nodig. Dat is 112 gram net iets meer als 1 bol.
Ik heb 6 vlakken en dus heb ik 6 x 112 = 672 gr ofwel 7 bollen nodig.
Ik ga 3 kleuren gebruiken. Het gemeleerde garen gebruik ik om de vlakken aan elkaar te haken.
Dus telkens 2 vlakken in een kleur dat is 224 gram ofwel 3 bollen per kleur. Dat is dan 9 bollen totaal.
Je ziet dat het best wel een verschil is of je een of meerdere kleuren gebruikt.
Ik zal nog een voorbeeld geven als je gewoon met vaste en haaknaald 4 haakt.
Stel je gaat een T trui haken. Die bestaat uit 4 vlakken.
Voorpand, achterpand en 2 mouwen.
We gaan ervan uit dat de afmetingen op de banderol nu kloppen.
De afmetingen van de panden zijn 50 cm breed en 60 cm hoog. Van de mouwen 40 cm breed en ook 60 cm lang.
Voor de panden heb je dus 18 x 5 = 90 l en voor de hoogte 28 x 6 = 168 toeren.
Je hebt 5 vierkantjes nodig voor de breedte en 6 vierkantjes voor de hoogte. Dat is 30 vierkantjes.
Ik ga er even van uit dat een vierkantje ook 7 gram weegt want dat zal niet veel schelen. Dan heb ik voor een pand dus 210 gram nodig. Voor 2 panden 420 gram. Voor de mouwen heb ik 4 x 6 = 24 x 2 = 48 vierkantjes. Dat is voor 2 mouwen 336 gram.
Ik heb dus in totaal 756 gram nodig dat is 8 bollen. Dan heb je ook voldoende over om je trui in elkaar te zetten.
Ik heb beloofd ook even uitleg te geven van mijn relief kruisje.
Ik ben begonnen met een losseketting van 60 l +2 keerlosse. ( ik gebruik altijd 2 l voor een stokje in plaats van 3 dan sluit het mooier aan. Als je altijd 3 keerlosse kun je dat uiteraard hier ook doen.)
De keerlosse zijn het eerste stokje. Haak nog 59 stokjes en 2 keer losse. Nu ga je de reliefstokjes haken.
Haak 2 stk ( de keerlosse en 1 stk) Nu gaan we een kruis reliefstokje haken.
Steek je naald achter het pootje van het 4e stokje van de vorige toer en haak een dubbel stokje, daarna ga je terug naar het 3e stokje en hier haak je ook een reliefstokje voor.
Je hebt nu een kruisje.
In de teruggaande toer haak je de reliefstokjes achter zoals ze komen. Na de 2 reliefstokjes voor haak je 4 gewone stokjes en dan weer 2 reliefstokjes. Je eindigt de toer met 2 stokjes.
Ik heb elke 4 toeren een kruisje gehaakt maar je kunt natuurlijk ook iedere heengaande toer een kruisje haken.
Je kunt ook leuke patronen maken met reliefstokjes.
Begin bijvoorbeeld met 3 reliefstokjes in het midden. In de teruggaande toer ga je 1 reliefstokje achter maken net voor de 3 reliefstokjes. Je haakt 2 reliefstokjes dan 1 gewoon stokje en weer 2 reliefstokjes. Zo schuif je de reliefstokjes telkens 1 steek op en haak je 2 stokjes extra dus in de volgende toer heb je 3 stokjes in het midden.
Je krijgt dan twee schuine lijnen.
Als je de opening groot genoeg vindt kun je de lijnen weer naar elkaar toe laten komen. Je hebt dan een ruit.
Je kunt bijvoorbeeld ook schuine lijnen haken. Je haakt dan van rechtsonder naar linksboven. Haak bijvoorbeeld 2 reliefstokjes sla dan een aantal steken over en haak weer 2 reliefstokjes. Je laat in de volgende toer de reliefstokjes weer 1 steek opschuiven.
Ik hoop dat jullie hier iets aan hebben dan zou je in de toekomst voldoende garen moeten hebben voor je werkstukken.
Haken jullie wel een iets zonder patroon?
Shirly
op 05 Jan 2018Marianne
op 05 Jan 2018De Breimeisjes
op 06 Jan 2018Hilde
op 23 Aug 2020Leen
op 11 Sep 2022