Happy (gehaakte) dierendag!

Een hond moet je uitlaten en dat is onhandig. Een kattenbak stikt. Een konijn is voor kleine kinderen, ratten en hamsters zijn alleen voor bijzonder stressbestendige families en een paard is nu eenmaal te duur. Althans dat waren bij mij thuis lange tijd de argumenten om geen huisdieren te hebben. Totdat Rambo kwam. Een konijn van een collega van een moeder van een vriendin van mij, op de basisschool. Of we hem alsjeblieft mochten. En sindsdien heeft er dan wel in het ouderlijk huis, dan wel in mijn appartement een viervoeter rondgelopen met twee lange oren. Een – inmiddels – drietal dat ons aller harten gestolen heeft. Deze blog is geen ode aan mijn konijn, maar wel een waslijst aan mogelijkheden en tips voor leuke (gehaakte) dieren, zodat elk jaar op 4 oktober het in elk huishouden feest is.

Laat ik dan maar meteen beginnen met mijn andere niet zo klassieke traditie. Voor elke grote reis die ik maak, haak ik een nieuwe knuffel. Die gaat aan de zijkant van mijn tas mee. Een gegarandeerde aandachtstrekker in het vliegtuig en daarbuiten. Ook leuk om daarna naar je bed, of in mijn geval bij mijn ouders op bed, te kijken en een serie reisknuffels te zien liggen. Bij elke een andere herinnering.

Knuffels haken is niet voor iedereen, of eerder gezegd amigurumi haken is niet voor iedereen. Ik ken mensen die het achter elkaar kunnen doen, mensen die het toch niet te vaak willen doen met al dat tellen (mijzelf inclusief) en mensen die het helemaal niet zien zitten. Of alles er tussenin. Het goede nieuws is dat een leuk diertje haken niet per se hoeft te betekenen dat je veel moet tellen, in de rondte moet haken of heel strak moet kunnen haken zodat de vulling er niet uit komt. Er zijn inmiddels zoveel variaties te vinden op Pinterest, Ravelry en andere websites dat er legio alternatieven zijn. Zo ben ik bezig met grote knuffelkussens van granny vierkantjes aan elkaar gehaakt. De een wat groter dan de ander, maar een ideale optie voor de grote fans van de gehaakte vierkantjes.

Het grootste ‘nadeel’ van een knuffel haken is vaak het vullen en in elkaar zetten. Je moet er goed rekening mee houden dat je strak genoeg haakt, zodat de vulling niet meteen of na verloop van tijd naar buiten komt door allerlei kleine gaatjes. Onhandig en soms zelfs gevaarlijk. Je kunt er natuurlijk voor kiezen om het gehaakte knuffeltje te voeren. Vooruit, het kost wat extra tijd. Zeker als je net als ik nog niet zo heel handig bent met de naaimachine of naaien in het algemeen. De makkelijkste optie is om een zakje te naaien en dat in je haakwerk te stoppen en dan de vulling erin te doen. Het zakje hoeft niet precies te passen, maar niet veel te groot of te klein zijn. Zet het met een paar kleine steekjes vast aan je haakwerk en klaar is kees! Een makkelijkere optie? Gebruik een (oude) panty. Rekt makkelijk mee en blijft goed zitten.

Een paar laatste tips voor je je in het oerwoud van de gehaakte knuffels begeeft en gaat zoeken. Als je begint, neem dan eerst een patroon waarbij je wat ‘grotere’ lichaamsdelen hebt. Op die manier kun je eerst de techniek onder de knie krijgen en is het makkelijker om ze aan elkaar te maken. Ten tweede, kies garen waar je fijn mee haakt en wat mogelijk ook gewassen kan worden. Uit ervaring, zaken die meegaan op reis geven altijd zwart water af aan het eind. Let ook goed op of staat uitgelegd hoe je de knuffel uiteindelijk in elkaar zet. Zeker voor de eerste keer is het handig om iets meer aanwijzing te hebben dan ‘zet nu de knuffel in elkaar’. En als laatste, maak er iemand blij mee. Of het nu jezelf is, je iemand inspireert door het te laten zien of je hem aan iemand geeft. Ik weet zeker dat jouw knuffel bij iemand een glimlach op het gezicht gaat toveren. Dus hierbij doop ik 4 oktober dierendag om tot 4 oktober (gehaakte) dierendag!