Musthave/Musthawwe, een muts met de Friese slag
Al doe ik nog zo mijn best om zolang mogelijk de zomer vast te houden, o.a. door het breien van de zomerversie van de Mystery Blanket, toch kan ook ik er niet meer omheen: we zitten al dik in de herfst en de winter komt eraan. Daarom heb ik dan toch maar eens een muts voor mezelf gebreid, een # musthawwe-muts. Die muts bedacht ik vorig jaar op verzoek van het magazine Friesland Post, een Friese muts met pompeblêden.
Ik vond het wel een eer: mijn ontwerp in een tijdschrift. Het leek me leuk om de muts nu “in ‘t wild” tegen te komen, maar dat viel me wat tegen. “Eigen schuld!” zei mijn zusje. “Je moet die muts zelf dragen. Dán kunnen mensen zien hoe leuk de muts is en krijg je misschien vragen naar het patroon!” Daar had ze wel een punt.
Vandaar, ik heb nu mijn eigen muts en ik draag ‘m ook, bij ‘t Pronkriden. Dat is de Friese naam voor schoonrijden, een leuke tak van de schaatssport. De foto’s zijn niet helemaal scherp jammergenoeg. Al schaatsen we niet zo snel, het is toch lastig om er foto’s van te nemen.
Bij Breiclub.nl zitten veel handwerkliefhebbers en ik denk zomaar dat daar wel mensen bij zitten die ook zo’n muts willen. Daarom deel ik het patroon vandaag ook hier. De verbeterde versie 🙂
Musthawwe
De muts wordt rond gebreid. Voor de volwassen versie heb ik de muts gebreid met breinaalden nr. 8. Ik heb acrylgaren gebruikt en deze muts met dubbele draad gebreid.
Het kleine kindermutsje heb ik met enkele draad gebreid op breinaalden nr. 5. Het patroon is voor allebei hetzelfde.
Nu ik voor mezelf een muts gebreid heb, gebruikte ik dikker garen dat geschikt is voor naald nr 8, in dat geval hoef je niet met dubbele draad te breien. In het oorspronkelijke model heb ik een boord van 15 toeren gebreid, nu koos ik voor een dubbellange boord, 30 naalden, zodat de boord dubbel geslagen kan worden: extra warmte én bescherming.
- Zet 60 steken op.
- Brei een boord van 30 toeren met boordsteek 2 recht, 2 averecht.
- In de laatste toer brei je de laatste 2 steken samen. Je hebt nu nog 59 steken.
- Nu beginnen de schuine strepen. Je doet dit als volgt: brei afwisselend 10 steken recht, 10 steken averecht.
Dat komt niet helemaal uit, omdat je 1 steek “te weinig hebt”. Door het toch te doen, krijg je vanzelf de schuine strepen.
- Er moet ook geminderd worden. Daarmee begin je na drie toeren.
Let op: het begin van de toer verspringt nu ook steeds, die is namelijk bij ‘t begin van die eerste baan met rechte steken. Het kan handig zijn om een markeerder te plaatsen. Zelf gebruik ik een draad in een andere kleur.
In het patroon staat tussen haakjes steeds het totaal aantal steken. Ik begin met het tellen van de toeren na de boord weer bij
Toer 1 t/m 3: *10 recht, 10 averecht*. Herhaal van * tot * nog 2 x. Dit geldt ook voor alle volgende toeren. (59 steken)
Toer 4: *2 steken recht samenbreien, 8 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 8 steken averecht* (53 steken).
Toer 5 t/m 7: *9 recht, 9 averecht*.
Toer 8: *2 steken recht samenbreien, 7 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 7 steken averecht* (47 steken).
Toer 9 t/m 11: *8 recht, 8 averecht*.
Toer 12: *2 steken recht samenbreien, 6 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 6 steken averecht* (41 steken).
Toer 13 t/m 15: *7 steken recht, 7 steken averecht*.
Toer 16: *2 steken recht samenbreien, 5 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 5 steken averecht* (35 steken).
Toer 17 t/m 19: *6 steken recht, 6 steken averecht*.
Toer 20: *2 steken recht samenbreien, 4 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 4 steken averecht* (29 steken).
Toer 21 en 22: *5 steken recht, 5 steken averecht*.
Toer 23: *2 steken recht samenbreien, 3 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 3 steken recht* (23 steken).
Toer 24: *4 steken recht, 4 steken averecht*.
Toer 25: *2 steken recht samenbreien, 2 steken recht, 2 steken averecht samenbreien, 2 steken recht* (17 steken).
Toer 26: *2 steken recht samenbreien, 1 steek recht, 2 steken averecht samenbreien, 1 steek recht* (11 steken).
Toer 27: *2 steken recht samenbreien, 2 steken averecht samenbreien* (5 steken)
Haal een draad door de laatste 5 steken en trek goed dicht. Hecht a
Pompeblêden
Haak met wit (of een andere kleur) pompeblêden. Ik haakte ze voor mezelf in felroze!
Begin met een magische ring. Haak dan in de magische ring eerst 2 lossen en daarna achtereenvolgens 3 dubbele stokjes, 7 stokjes en weer 3 dubbele stokjes. Dan nog 2 losse en vervolgens sluit je deze toer met een halve vaste.
Haal de draad door de lus en maak een knoopje met de begin- en einddraad. Klaar! Je kunt met de begin- en/of einddraad het pompeblêd op de muts zetten.
Door een dikkere of dunnere haaknaald te gebruiken, wordt het pompeblêd groter of kleiner. Voor de grote muts haakte ik de pompeblêden met haaknaald 3 en 3½, voor de kleine muts haakte ik ze met haaknaald 2½ en 3. Omdat de strepen naar boven toe smaller worden, is het leuk om de bovenste pompeblêden iets kleiner te maken.
Je kunt ook een extra grote haken met dubbele draad en een hele dikke haaknaald.
Haak zoveel je wilt en plaats ze waar je wilt.
Zo maak je van je zelfgebreide muts je eigen uniek exemplaar!
Ik ga er tenminste nog één maken, voor mijn achternichtje. Ik hoop dat er veel meer mutsen gebreid gaan worden en ben erg benieuwd naar andere versies. Leuk als je foto’s plaatst op social media met #musthawwe, dan kan ik het zien!
En als je zorgt dat de foto bij mij terecht komt, dan plaats ik ‘m graag op mijn blog.
Blog: debreimeisjes.blogspot.nl
Facebook: @debreimeisjes
Instagram: @debreimeisjes
Groet,
Akkelien
Liefs van De Breimeisjes!